Iedereen kent de emoties boos, blij, verdriet en angst. Maar er zijn ook allerlei andere emoties zoals teleurgesteld, jaloers of trots. Onze emotiekaarten zijn een hulpmiddel voor kinderen, jongeren en volwassenen bij het benoemen en leren begrijpen van gevoelens.

Op de emotiekaartjes staan 26 emoties vermeld. Met behulp van de kaartjes maak je negatieve en positieve emoties bespreekbaar in de klas
 
Hoe ga je te werk?
Print het document in kleur
Knip de kaartjes uit
 
Mogelijke werkvormen
1 leerling trekt een kaartje en beeldt het gevoel uit. De andere leerlingen raden welk gevoel de leerling uitbeeldt.
1 leerling trekt een kaartje en beeldt het gevoel uit. De andere leerlingen doen dit na.
Toon een emotiekaart en laat de leerlingen situaties bedenken waarop het gevoel van toepassing kan zijn
Alle leerlingen staan aan de kant in de klas of op de speelplaats. Leerkracht houdt een emotiekaartje omhoog. De leerlingen die dit gevoel al ooit hebben ervaren, gaan naar de overkant
Leerkracht toont een emotiekaart. Leerlingen tekenen een gezicht dat deze emotie uitdrukt
Iedere leerling heeft een eigen set van kaarten en zet elke ochtend bij binnenkomst de kaarten neer die passen bij hoe hij/zij zich op dat moment voelt. Leerkrachten en klasgenoten weten op deze manier in korte tijd hoe iedereen erbij zit en kunnen daardoor beter rekening houden met elkaar
Laat muziek horen. Laat leerlingen bijpassende emotiekaartjes zoeken voor het gevoel dat het lied bij hen oproept.
Leerkracht zegt een zin. Voorbeeld: Ik ga morgen naar de tandarts. Trek enkele emotiekaarten, en vertel dezelfde zin telkens met een ander gevoel.
EmotieFeest: Alle leerlingen krijgen een emotiekaart die ze niet aan de anderen mogen laten zien. 1 leerling blijft in de klas en is de gastheer van het feest. Één voor één komt er een leerling binnen op het feest, en de leerling voelt zich zoals vermeld staat op zijn kaartje. De mensen op het feest gaan met mekaar in gesprek, en nemen de emotie over van de persoon die binnenkomt.